Veel Jamaicanen zijn christelijk en dus is zondag een rustdag. Men gaat naar de kerk, bezoekt familie of doet de klusjes die gedaan moeten worden. Wat men in ieder geval niet doet: route taxis rijden. En dus zaten we ‘vast’ in het mooie Treasure Beach. Gelukkig vonden we een lief mannetje (iedereen is hier lief) die ons wel de 1,5 uur met zijn auto naar Mandeville wilde rijden, waar vandaan de bus zou gaan naar de hoofdstad Kingston. Fijn!
Kingston
Kingston is de bakermat van de reggaemuziek en dus sliepen we in Kingston in – natuurlijk – het Reggae Hostel, een van de weinige hostels in Jamaica. En ook nog eens om de hoek van de studio van de enige echte, jawel, Mr Shaggy! Mijn favoriete Jamaicaan haha. We maakten al snel vrienden met backpackers uit heel Europa en Japan, en ja hoor, de eerste Nederlander! Omdat op zondag verder alles dicht is, hebben we ’s middags wat rond gewandeld in het centrum van de stad. Kingston werd met een heel hoog moordcijfer een paar jaar geleden nog tot de gevaarlijkste stad ter wereld gekroond. Tegenwoordig is het veel veiliger, ik voelde me er niet per se onveilig, maar je voelt nog wel de rauwheid van de stad. Geen idee wie je wel of niet kunt vertrouwen als ze een praatje met je maken. De wijken Mona, Beverly Hills en de zakenwijk New Kingston zijn best oke; de sloppenwijken in het westen kun je beter vermijden, dus daar zijn we dan ook niet geweest.
Dub Club
Er bleek ook een voordeel te zitten aan de zondag in Jamaica: op zondag is er Dub Club! Dus besloten we er met iedereen uit het hostel heen te gaan. Picture this: in een partybus, twintig dronken schreeuwende backpackers, alle ramen open, KEIharde reggae muziek, een chauffeur die met zijn aansteker aan in de lucht rijdt en bij elk stoplicht de bus met de koppeling heen en weer liet bewegen op de beat. This is so not me.. En werkelijk elke toerist in Jamaica is stoned. Niemand begrijpt dan ook wat wij in Jamaica doen als we niet roken?! Nou, het land zien, de mensen leren kennen? Anyway, Dub Club zelf maakte alles goed: een club in de buitenlucht in de bergen met uitzicht over heel Kingston by night. En geloof me, als je tussen al die rastafari’s vier uur lang in een ganja-wolk op reggaemuziek staat te dansen, inhaleer je denk ik net zoveel marihuana als een hele joint. Dus je begrijpt, ik vermaakte me prima 😉
One love, one heart
Die hard reizigers als we zijn, zijn we de volgende ochtend naar het Bob Marley museum gegaan. Gebouwd in het huis waar Bob de laatste zeven jaar, voor hij op 36-jarige leeftijd stierf, heeft gewoond. Leuk om meer over deze muzikale held te leren. De rondleiding was alleen met een té grote groep en duurde te lang, dus de film die vertoond werd over zijn muzikale oeuvre hebben we maar even gebruikt voor een powernapje. Dat muzikale oeuvre kennen wij inmiddels toch al uit ons hoofd, aangezien we al een week nonstop Bob Marley luisteren via YouTube voor de sfeer 🙂
Vanuit Kingston zie je overal de prachtige Blue Moutains op de achtergrond. De frisse berglucht lonkt, dus gaan we de komende nachten in de bergen slapen!
Een heftige stad dat Kingston maar wel met veel mooie muziek.
Niet te lang blijven daar op naar weer iets anders.
xxxPaMa